Brandmeester
Brand Meester: Mijndert Knoot
Donderdag 31 oktober 2024 brak er rond 20.40 brand uit in een woonpand in de Thorbeckestraat. Bewoner Mijndert Knoot (65) stond net op dat moment op zijn balkon een sigaretje te roken. Ineens zag hij rook komen uit de woning van zijn buurvrouw. Hij kwam meteen in actie, bonsde bij haar op de deur. Toen ze open deed zag hij dat de woning al vol rook stond en trok haar meteen het huis uit, terwijl hij 112 belde.
De brandweer was er snel en ontfermde zich over de vrouw. Om 23.30 uur werd het sein ‘brand meester’ gegeven, maar de bewoners mochten voorlopig niet hun huis in. Ze moesten elders worden ondergebracht. Snel raapte Mijndert voor een paar dagen wat kledingstukken en documenten bij elkaar. De bewoners werden ondergebracht in hotel in De Rotterdam, aan de Wilhelminakade. Maandag konden ze weer terugkeren naar hun huis, want dan zou de rook wel weggetrokken zijn, verwachtte de brandweer.
Nieuwe brand
Maar wat zij niét verwachtten was dat de brand die volgende ochtend om 03.30 uur weer oplaaide en uitmondde in een grootschalige brand. “Toen ik die ochtend het hotel uitliep zag ik aan de overkant heel veel rook en een drone op het Noordereiland en wist ik dat het behoorlijk mis was,” blikt Mijndert terug. En dat was het zeker, de brandweer had grote moeite om de brand te bedwingen. Er was omvangrijke inzet nodig en met behulp van een blusboot aan de Maaskade werd 5 miljoen liter bluswater gebruikt. Er moest ook worden voorkomen dat de brand oversloeg naar het monumentale pand van Ooms. Pas halverwege die vrijdagmiddag werd alsnog ‘brand meester’ gegeven, dit keer definitief.
“Sja, het was wel duidelijk dat onze woningen onbewoonbaar geworden waren. Was het niet vanwege de brand, dan in ieder geval vanwege de enorme waterschade. We werden verhuisd naar het Van der Valk hotel bij diergaarde Blijdorp en er waren al heel snel bijeenkomsten met de bewoners, gemeente, politie, brandweer, Woonstad en Slachtofferhulp. Burgemeester Carola Schouten was ook bij de eerste bijeenkomst, ik heb nog even met haar gekletst. Die bijeenkomsten en de aandacht deden ons goed.”
Mijndert heeft zich bij de situatie neergelegd en hij wacht af wat er voor hem geregeld wordt. Hij is ook wel wat gewend, hij heeft ruim 30 jaar gewerkt bij een transportbedrijf dat zich bezighield met gladheidsbestrijding en calamiteiten op de rijkswegen. Hij weet dus van aanpakken en relativeren. “Ik laat me niet stressen en pas me aan de situatie aan. Natuurlijk is het allemaal lastig, ik had geen kleding meer en moeten er nu allerlei zaken met diverse instanties geregeld worden. Soms is dat ingewikkeld omdat je spullen in rook (of water) zijn opgegaan en je niet de juiste documenten bij de hand hebt. De woning mogen we niet meer in vanwege veiligheidsrisico’s, dus je mist nu allerlei spullen. Ik kan nog wel de post ophalen, gelukkig. Woonstad heeft tijdelijke brievenbussen geplaatst. “
In het hotel verblijft hij met een zestal medebewoners, ook zijn daar bewoners die getroffen zijn door de branden in de Ameidestraat en Allard Piersonstraat die dit najaar ook plaatsvonden. “Gelukkig stopt bus 32 bij het hotel voor de deur, dus ik ga regelmatig naar het Noordereiland, om mee te doen met de wandelgroep, de seniorengym in het Huis van de Wijk en om een praatje te maken met andere bewoners, die ik tegenkom.”
Nazorg
Mijndert is blij met de hulpverlening die de bewoners kregen en de steun die hij krijgt. Hij waardeert de snelle acties van onder meer Iedereen aan boord en van bewoners die hulp aangeboden hebben. Bewoonster Louise Kuijt wast bijvoorbeeld zijn kleding en biedt vervoer als hij dat nodig heeft. Ook over de inzet van Woonstad is hij wel te spreken. “Fijn dat je een vaste contactpersoon daar hebt, al is de communicatie niet altijd even optimaal.”
Zijn ervaringen gaat Mijndert in samenspraak met Woonstad en de gemeente gebruiken om een checklist te maken, zodat bewoners bij toekomstige incidenten zoals deze een overzicht hebben van wat er allemaal op welke wijze geregeld moet worden en bij welke instanties kan worden aangeklopt voor hulp.
Ondertussen is Woonstad in de weer om voor de getroffen bewoners nieuwe of tijdelijke woonruimte te vinden. Zo is er voor een aantal van hen een woning gevonden in Feijenoord, Pendrecht en op het Noordereiland. Mijndert verhuist binnenkort naar een tijdelijke woning in de Sint Janshaven, maar mag over een paar maanden weer wonen op het Noordereiland, in het Lelieblok. Mijndert kijkt daar erg naar uit. “Ondertussen ga ik veel wandelen bij de Sint Janshaven, langs het water. Kan ik een oogje houden op het Noordereiland in de verte!”
Tekst: Annette de Bus
Bron: Eilandkrant jan. 2025
